Kooptoerisme

Hulst heeft als koopstad de weg omhoog weer gevonden. Althans, dat kwetterde burgemeester Jan Frans Mulder kort na Pasen, omdat Morres/Mandemakers voor het eerst in tijden weer ’s echt overspoeld werd door volk. “Vijfduizend bezoekers waren er geweest “, twitterde Mulder olijk.
Ik denk overigens dat er nog heel wat paasdagen moeten volgen om Hulst de status van koopstad van weleer terug te geven. Ik kan me herinneren dat slechts negen tot tien procent van de Morresgangers een weg zoeken naar de Hulster binnenstad. Dat is op zo’n goeie dag pakweg vijfhonderd mensen. Verspreid over een hele zondag zorgen die mensen er echt niet voor dat het zwart ziet in Hulst. Nee, dan moeten er echt nog vele honderden meer over de Expressweg aan komen snellen.
Ik hoop dat de stede Hulst, een prachtige voorwaar een parel in de Habsburgse kroon, kans ziet om de herinrichtingsprojecten die op stapel staan met snelheid uit te voeren. De vernieuwde Bierkaai kan de stad nieuwe imulsen bezorgen, zo ook de herinrichting van de zuidelijke entree. Financieel-en planologisch zijn de projecten rond. Alleen archeologisch onderzoek aan de kaai kan nog behoorlijk wat roet in het eten gooien. Het is te hopen dat dit niet gebeurd, dat er geen oud turfschip in de nu braakliggende bodem ligt.
Toch zal Hulst, ook na de reconstructie van het kaaideel, zich de komende jaren anders moeten gaan presenteren. Meer als cultuur-historisch centrum, meer als een plaats die ook voor verblijfstoeristen aantrekkelijk is. Fietsen, wandelen, kanoën, bezie de mogelijkheden tot expansie. Zet niet meer alleen in op de kooptoerist, die komt toch niet meer in horden, omdat de prijsverschillen niet meer zijn zoals ze ooit waren, omdat de motor van weleer (het bancaire schuiven met grijs en zwart geld) niet meer draait en omdat het huidige aanbod aan winkels (op de supermarkten na) niets extra’s meer brengen. Hulst in tegenstelling tot Sluis mist een detailhandel met een zekere mate van eigenheid, mist top-horecabedrijven en kan (vooralsnog) niet terugvallen op meutes verblijfstoeristen. Ik ben benieuwd of Hulst een omslag kan maken. In mei vindt er een evaluatie plaats van de reclamebelasting. Met deze heffing wordt de lokale middenstand in de gelegenheid gesteld om promotioneel aan de weg te timmeren. Tot nu toe gebeurde dat op een vrij traditionale wijze. Ik hoop dat bestuurlijk en ondernemend Hulst inziet dat er naast de kooptoerist nog veel meer andere doelen zijn waarop de pijlen gericht kunnen worden, maar ja, dat vergt lef.