Popje, de Zeeuwse dijkgraaf is boos.
Boos op het gemeentebestuur van Middelburg dat hem een kool gestoofd heeft.
Simpelweg door de parkeertarieven in de stad te verhogen. Tarieven die ook gelden in de parkeergarage onder het Middelburgse stadhuis waar het waterschap Zeeuwse Stromen meer dan honderd plekjes gehuurd heeft om de transportezels van het eigen personeel te stallen. En omdat het tarief voor die plekjes nu met ettelijke honderden euro’s omhoog gaat zit het schap – dat ooit voor een prikkie in Middelburg een kolossal nieuw kantoor mocht bouwen – opgescheept met een extra kostenpost van dik anderhalve ton op jaarbasis. Dat Middelburgse stadsbestuur zal gedacht hebben “Wat we er toen bij in geschoten zijn, halen we op deze manier een beetje terug. Haha..”
Ja, zo gaat dat in de wereld van partijdigheid en poen.
De een rooft bij de nader, maar per saldo is het toch de burger, de ingezetene die de rekening betalen kan.
Want ook in dit gevalletje zal het schap die extra lasten wel weer verhalen op ons Zeeuwen.
Laat Toine Poppelaars maar even kwaad zijn.
Kwaad zijn ze ook op Popje
en wel beneden de Westerschelde, waar de Hulster groepering Algemeen Belang Groot Hulst Popje weer een veeg heeft gegeven omdat de dijkgraaf in een moment van verstandsverbijstering de staatssecretaris al toegezegd zou hebben dat de Zeeuwen best bereid zijn om de extra kosten voor het versterken van de onveilige dijken in onze contreien voor rekening willen nemen. Ik noemde dat kort geleden de Poppelaarstax, maar de gevestigde media dacht aan dat aan dat soort berichten niet al te veel aandacht te moeten besteden. Voor ABGH was de oprisping van Popje aanleiding een brandbrief te sturen naar het Haagje in de volgende bewoordingen:
“Aan Hare Excellentie, mevrouw Melanie Schultz van Haegen-Maas Geesteranus
Februari 1953 vond er in Zeeland een der grootste rampen plaats die ons land ooit heeft getroffen: de dijken braken op vele plaatsen. De oorzaak daarvan was gelegen in een culminatie van een uitzonderlijke springvloed EN uitzonderlijk slecht onderhoud der dijkvakken, vaak in beheer bij boeren en kleine waterschapjes. Na die verschrikkelijke vloed is men in Nederland tot het besef gekomen dat dijken het landsbelang dienen, en derhalve dezelfde status hebben als het leger, de luchtmacht en marine als het gaat om de financiering daarvan. Ook de grote infrastructurele werken zoals snelwegen hebben die status, behalve de Westerscheldetunnel, waar Zeeland zelf grotendeels in voorziet. De dijken zijn toen via het wereldberoemde Deltaplan opgehoogd en versterkt, en dit alles werd uit de Algemene Middelen van het Rijk betaald, zo dat hoort met zaken die raken aan het landsbelang.
Uit onderzoek is gebleken dat, net zoals in Limburg het geval is, bepaalde dijkvakken niet aan de gestelde norm voldoen als het gaat om het weerstaan van een superstorm in Zeeland en hoog water in Limburg. Bij monde van ex Gedeputeerde en thans Dijkgraaf dhr. Poppelaars is onlangs gesteld dat de Waterschappen best bereid zijn om 25% van de totale kosten die benodigd zijn om alle dijken aan de nu geldende veiligheidsnormen te laten voldoen, mee te helpen betalen, in tegenstelling tot Limburg, waar ze terecht stellen dat zaken van landsbelang nooit door de plaatselijke bevolking mogen worden bekostigd, en derhalve het Rijk oproepen middelen ter beschikking te stellen de projecten uit te voeren.
Tevens willen wij u in dit verband er op wijzen dat, mocht Zeeland WEL meebetalen aan zijn dijken en Limburg NIET, dit een flagrante schending is van de rechtsgelijkheid, die stelt dat in gegeven situatie gelijke monniken, gelijke kappen moeten gelden, nog afgezien het feit dat beide situaties van landsbelang zijn, en uit dien hoofde sowieso uit Rijksmiddelen gefinancierd dienen te worden.
Daarom stelt onze fractie, Algemeen Belang Groot Hulst, onverkort dat ALLE kosten die gemaakt moeten worden om de gewraakte dijkvakken te versterken, uit de algemene Rijksmiddelen moeten komen, zo het hoort in een land waar men maar met één maat meet.
Met de meeste hoogachting verblijven wij,
fractie ABGH,
gemeente Hulst, Zeeuws-Vlaanderen.”
Het ziet er naar uit dat het bij de brief niet blijven zal. Ook in het bestuur van het schap zullen er vragen gesteld worden over Popje bereidheid om zo makkelijk over de brug te komen met veel en veel Zeeuws geld. En als dat gebeurt, dan zullen ze in Middelburg denken, “dan kan die anderhalve ton er ook nog wel bij.”