In veel gemeenten in den lande is de vroegere gemeentelijke melkkoe – het grondbedrijf – inmiddels verworden tot een enorm blok aan de been. Door de crisis is de bouw geminimaliseerd, stelt het bedrijfsleven investeringen uit en zitten gemeenten opgescheept met kostbare gronden die ze niet aan de man kunnen brengen. In november 2010 becijferde Deloitte in opdracht van de VNG de mogelijke schadepost op de gemeentelijke grondbedrijven op circa drie miljard euro. Inmiddels anderhalf jaar later is dat bedrag behoorlijk achterhaald en wordt gesproken van bijna een veelvoud. Volgens Binnenlands Bestuur van begin februari dreigt momenteel voor meer dan 30 gemeenten het verlies op eerder ingenomen grondposities zo hoog op te lopen dat een artikel 12 status aan de horizon daagt. Dat blijkt uit cijfers van onderzoek en adviesbureau Deloitte, dat elk jaar de markt rond grondexploitatie in kaart brengt.
Anno 2011 bezitten de gemeenten in Nederland voor bijna 15 miljard euro aan nog uit te geven grond. Naar schatting 3 miljard daarvan zal waarschijnlijk niet meer worden terugverdiend. Op resterende gronden zullen verliezen worden geleden. ‘De terugverdientijd wordt langer en de terugverdienpotentie wordt kleiner’, formuleert Frank ten Have, partner en vastgoedspecialist bij Deloitte. Volgens Ten Have is afwaarderen van de grond en het nemen van verlies onvermijdelijk maar dat proberen veel gemeenten zo lang mogelijk uit te stellen. Begrijpelijk: ‘Soms dreigt de schuld zo hoog op te lopen dat het de totale reserves te boven gaat’.
In veel gemeenten zoeken wethouders – al dan niet in samenspraak met de raden – dan ook naar diverse oplossingen om de exploitatieverliezen te beperken. Doorbreken van de traditionele rolverdeling is er één van: ‘Neem als gemeente zelf de ontwikkeling ter hand, dat bespaart tot 30 procent op de kosten’, zegt de een, ga weer grond uitgeven in erfpacht, weet de ander. In andere gemeenten wordt de klant weer centraal en wordt alleen gebouwd naar de specifieke wensen van de kandidaat-bouwer. Hoe het ook zij, gemeenten moeten handelen en snel. Doen ze dat niet, dan komt de gemeentelijke bedrijfsvoering in zijn totaliteit in het geding en als gemeenten “au” roepen lijdt overigens de burger meestal de echte pijn.
De stichting Belvos uit Vlissingen dook in de exploitatieplannen van de Zeeuwse gemeenten en kwam tot de conclusie dat ook de grote Zeeuwse gemeenten – en vooral Vlissingen – grote risico’s lopen. De bevindingen van Belvos op een rijtje. Lees en huiver…
De bouwgrondexploitatie van Vlissingen en de schuldenberg februari 2012
Interessant is dat eerdaags Deloitte komt met de resultaten van een financiële stresstest voor de gemeente Terneuzen. De wethouder van financiën heeft er geen zin meer in om elk investeringsvoorstel van de gemeente te belasten met discussies over de vermogenspositie van de Terneuzen. Met name de VVD en de CU doen dit al een tijdje. De laatste jaren stijgt de schuldenberg van de gemeente met ongeveer 30 miljoen euro per jaar. Naar de uitkomst wordt met spanning uitgezien.