Londen is mijn stad. Al decennia en ik kan er niet aan doen. Minstens eens per jaar moet ik er naar toe. Een expositie bekijken of een show, wat winkelen, boeken snuffelen, buurtjes kijken en de laatste jaren – en dat is altijd makkelijk – op visite bij dochterlief die in de Britse hoofdstad werkt en woont. Ja, ik kan er ook niet aan doen, ze deelt het lot van veel Roosevelt Academystudenten. Goed geschoold in Middelburg en met voldoende geestelijke bagage uitgevlogen de grote wijde wereld in.
Enfin, Londen dus.
Een jaar of tig terug alweer liep ik over Piccadilly van Circus richting Hyde Park Corner toen me plots te binnen schoot dat het hoofdkantoor van ons krantenbedrijf – ik werkte toen nog bij Wegenerdochter PZC – hier in de buurt moest zijn. In Jermyn Street om precies te zijn. Een parallelstraat van Piccadilly, gevuld met peperdure herenmodezaken (overhemden, kostuums en dassen), sigaren- en schoenenwinkels. En ja hoor, in een witgepleisterd kantoorpand halverwege huisde Mecom, de beleggersclub die onze krant (en al die andere Wegenerbladen) had overgenomen. Op de brievenbus stond het duidelijk, eerste verdieping. Voor ik het in de gaten had stond een grote geuniformeerde neger naast me die met donkere stem vroeg: “Can I help you sir?”
Ik dankte ‘m en lichtte me hielen.
Inmiddels weet ik dat het uptown kantoor in het sjieke straatje verruild is voor een kantoortje op de eerste verdieping van zo’n staal-en glasgebouw bij Victoriastation. Wie jaren zoveel miljoenen ponden en euro’s weet te verspelen kan natuurlijk nooit in het hart van Londen – met torenhoge huren – blijven ztelen. Dat heeft Mecom dan ook niet gedaan en dat valt me dan weer mee.
Hoe waren wij – als PZC – ook alweer bij dat Mecom terechtgekomen. In een notendop. Het familiebedrijf PZC had in de jaren ’80 laten vastleggen dat in de loop der jaren ’90 de aandelen PZC zouden worden overgedragen aan de Haagse Courant, de Haagse Courant werd Wegener en dus werd ook de PZC Wegener. Tot dan toe -eind jaren negentig- was er dus weinig aan de hand. De bomen groeiden in de hemel, de advertenties deden het prima en de krant won nog – weinig maar alla – aan abonnees.
Toen brak 1999 aan, het jaar waarin VNU besloot al zijn dagbladen (BN/De Stem, de Gelderlander, Eindhovens Dagblad ev) te verkopen.
Jan Houwert, de grote baas van Wegener, die eigenlijk liever de kunstwereld in plaats van de krantenbusiness was binnengestapt, maar door erfopvolging op die plaats terechtgekomen was ziet Houwert de kans van zijn leven. De dagbladen van VNU komen in de verkoop en Wegener hapt direct toe. Wellicht ietwat te snel, want Houwert koopt op het hoogtepunt van de markt en betaalt – zo meldt FD- omgerekend 635 mln euro voor de VNU-kranten.
Kort daarna stort de advertentiemarkt in en moet Wegener de krantenredacties ingrijpend saneren. Overal worden er banen geschrapt, zelf bij de PZC, maar de redacties worden nog enigzins ontzien. FD Schrijft: “Om te overleven is Houwert eveneens gedwongen veel tafelzilver te verkopen: Interlanden Spreigroep gaat naar Deutsche Post en ook de direct-marketingactiviteiten worden van de hand gedaan.
Wegener wordt vervolgens geconfronteerd met een krimpende markt, een terugloop van abonnees en de opkomst van internet waarop het bedrijf moeilijk kan anticiperen. Ook al, omdat door de last van de VNU-bladen er weinig investeringsmogelijkheden zijn. Medio 2006 wordt besloten over te stappen op halfformaat, een bezuinigingsoperatie onder het mom van een verbetering. 2007 breekt aan, de kranten gaan over op tabloid en reorganiseren weer een keer. Nu worden wel de redacties uitgekleed, vloeien er mensen af. Ook bij PZC en Stem. In Zeeuws-Vlaanderen wordt het Stemsmaldeel afgeslankt en onder PZC bewind geplaatst. De Zeeuws-Vlaamse editie van PZC en BN/De Stem worden identiek, zonder toestemming van de Nma, met misleiding van personeel, redactieraad, redactiecommissie en onedrnemeingsraad. Maar dat moet kunnen in de grote mensenwereld. De NMa vindt jaren later van niet en legt Wegener de extreem hoge boete van 20 miljoen euro op, terwijl het economisch voordeel hooguit enkele tonnen per jaar oplevert. Maar goed de tijd tikt verder en inmiddels is die boete aangevochten en teruggebracht – na gerechtelijke interventie – tot in totaal 2,2 miljoen euro.
Op 18 mei 2008 werden het Britse Mecom Group plc en Wegener het eens over de overname door Mecom. De Britten betaalden ruim € 800 miljoen voor het Apeldoornse bedrijf, dat was ongeveer € 17,70 per aandeel Wegener. Het is nu aan Mecom om de kranten van de Apeldoornse uitgever het tijdperk van de multimedialiteit in te leiden. Daaraan heeft Houwert zich nooit gewaagd. Nee, de kunstminnaar beurt zo’m 120 miljoen aan Mecomaandelen voor de verkoop van zijn belang en gaat zich wijden aan zijn passie, de kunsten (en het Groninger museum, dat overigens ook teloorging onder zijn bewind).
De overname door Mecom doet Wegener meer pijn dan goed. De aandelen van het moederbedrijf blijken gewoonweg vluchtig te zijn en kelderen in waarde op de Londense beurs. Mecom-bons David Montgomery – de man waar op het internet niets positiefs te vinden is – maakt er werkelijk een janboel van en Houwert, die dacht een goede deal te hebben gemaakt ziet ze verworven bezit binnen een jaar slinken tot een tiende van wat-ie ooit kreeg. Joop Munsterman, de FC Twnte voorzitter, die Houwert opvolgde als voorzitter van de Wegeners bestuursraad, ziet met lede ogen -en die heeft-ie – toe hoe Mecom Wegener verder en verder uitzuigt, zonder dat daar iets toegenover staat. Hij raakt gebrouilleerd met Montgomery en stapt op, nadat eerder al commissarissen uit onvrede met Munstermans aanstelling waren opegstapt. Begin 2012 verhoogt Mecom zijn belang tot 99,7%. Minderheidsaandeelhouder Governance for Owners heeft zijn belang van 13,29% in Wegener verkocht. In mei 2012 bood Mecom € 3,45 per aandeel voor de laatste 0,3% van de aandelen Wegener die nog op de beurs staan genoteerd. Wegener is dan eigenlijk niet meer.
Mecom eigenlijk ook niet meer, want de holding heeft meer schuld dan werkelijke waarde en van die schuld af te geraken kan de bewaarmaatschappij niets anders dan zijn eigendommen verkopen, tegen elk aannemelijk bod.
Dat zal met Wegener dus ook gebeuren.
In zijn geheel, of in hapklare brokken,
maar in deze markt zal dat een hele klus worden.
Ik lees al vele jaren regelmatig met plezier diverse Wegenerbladen; BN DeStem, Brabants Dagblad en soms het Eindhovens Dagblad. Deze spitse analyse beschrijft op verhelderende wijze de teloorgang van onze prachtige geschiedenis van regionale media . Was de Titanic niet tè mooi om dat schip te laten zinken? Ik hoop dat een strategie deze Wegener groep, t.b.v. Brabantse betrokkenheid in de aanloop naar… 2018, kansrijke innovatieve impulsen zal krijgen. Want juist Brabant staat sterker door deze netwerken!
Fraaie analyce, C. En Peter Jansen, hoofdredacteur van de PZC, maar zeggen datie hoopt op een toekomst voor zijn krant bij de Persgroep. Daar zal het wellicht inderdaad van komen, maar ik voorzie een PZC als inlegkatern van het AD. Illustere regionale en stadskranten als het Utrechts Nieuwsblad en de Haagse Courant gingen al eerder die vernederende weg en onlangs mocht ik ook in Dordrecht zo’n gebundelde serie inlegvelletjes – onder de naam AD/De Dordtenaar – inkijken. Treurigheid troef en geen garantie voor overleven: zie het afkalvende abonnementenbestand van het AD.