Op de mooie eilanden in de Stille Zuidzee leerde men mij dat cement de graadmeter is van de economie. Wordt er geen cement aangevoerd, dan wordt er niet gebouwd. Wordt er niet gebouwd, dan gaat het slecht. Arriveert er veel cement in de haven, dan wordt er gebouwd en dan gaat het goed. En het toerisme dan, vroeg ik. Het toerisme is belangrijk, maar als er meer toeristen komen, moeten die ook ergens kunnen worden ondergebracht. Er zal eerst moeten worden gebouwd. Kunnen ze nergens slapen, dan komen ook zij niet. Nee, cement is onze graadmeter.
Een waarheid als een koe.
En momenteel wordt er in het moede Europa weinig cement verhandeld.
De cijfers van Eurostat spreken voor zicht.De bouwproductie in de eurozone is in januari met 1,4 procent gedaald in vergelijking met een maand eerder, na een productiestijging met 0,3 procent in december. Dat maakte het Europese statistiekbureau Eurostat dinsdag bekend op basis van een eerste raming. Op jaarbasis ging de bouwproductie in het eurogebied met 7,3 procent omlaag.
In de gehele EU van 27 landen was op maandbasis sprake van een krimp met 1,3 procent en met 8 procent op jaarbasis.
In alle EU-landen ging de bouwproductie omlaag in vergelijking met een jaar eerder, aldus de beschikbare cijfers. De sterkste krimp in de EU op jaarbasis was volgens Eurostat te zien in Slovenië (min 22,1 procent), Portugal (min 20,2 procent), Polen (min 17,3 procent), Slowakije (min 14,9 procent) en in Nederland (min 13,7 procent).
Cement als graadmeter voor de economie.