Dat gemeenteraadsleden van Vlissingen nu roepen dat de declarerende collegeleden de voorbije jaren geen regels geschonden hebben, maar dat de regels op zich niet deugen is een wrange, maar ik denk, ware conclusie. Punt is alleen dat als er gesteld moet worden dat burgemeester René Roep nu, net als wethouder Jacques Damen, geld moet terug gaan betalen aan de gemeente Vlissingen, dan wil ik van diezelfde raad wel eens weten WAT de man dan wel zou moeten terugbetalen.
Zijn vergoedingen voor reis-, verhuis-en pensioenkosten, die vrij hoog zijn, maar zeker niet buitensporig, zullen vrijwel zeker buiten beeld verdwijnen. Het Rechtspositiebesluit burgemeesters is daarbij leidend en dat heeft Roep – is mijn conclusie na een blik op de declaraties en bonnen – niet geschonden. Zelfs in 2011, toen Roep op grond van het besluit ruim 14.500 euro’s beurde voor pensionkosten, blijf hij ruim binnen de marge van maximaal 18 procent van zijn wedde, in casu 17.280 euro’s. Het enige wat bij Roeps bonnen vragen oproept is de dubbele rekening voor het verhuizen, eenmaal ruim 6600 euro en dan nog eens 1802 euro’s. Mij lijkt het dat je – ook als burgervader – niet blijft verhuizen.
Op grond van de eerdergenoemde rijksregeling heeft een burgemeester ook recht op een vergoeding voor het inrichten van zijn tijdelijke huisvesting, alhoewel daarbij van rijkswege geen nadrukkelijke normen/bedragen zijn gesteld. Roep is daar in mijn optiek redelijk ver gegaan en heeft zowat zijn gehele interieur en stoffering bekostigd uit de Vlissinger schatkist. Van boxsprings van 2500 euro tot Gamma spotjes van een tientje, van barkrukken (595 euro) tot handdoekenrekjes, Ikeakasten, gordijnen, tapijten, wasmachine en droger, bestek en kookset tot en met kleerhangers toe. En toen Roep in zijn tijdelijk onderkomen ging wonen draaide de gemeente ook nog op voor de jaarlijkse gemeentelijke lasten.
De Vlissingse burgemeester mag dan wettelijk wellicht niets verkeerd hebben gedaan, hij had ook wat spulletjes uit Gilze-Rijen kunnen overhevelen, hij had wellicht zijn vuile was in het weekeind meekunnen nemen naar zijn oude standplaats, hij had dat kleine spul uit zijn eigen zak kunnen betalen, zoals andere burgemeesters dat doen of hebben gedaan. Je verliest als bestuurder zeker in deze tijd – elk moreel gezag – als je nota bene draad en garen, postzegels en een cd van Bløf in de uitverkoop (5 euro) laat bekostigen door de gemeenschap die je dient. Het is te zot voor woorden.
Roep en Damen hebben met grote regelmaat een bijdrage geleverd aan het restauratiewezen in Vlssingen. Nou ja een deel van de restaurants. Ik hoop dat Soif en Solskin een wat breder publiek bedienen dan het Vlissinger college van B en W, want anders krijgen ze het moeilijk. Nut en onnut van die trits aan bonnen is amper aan te tonen. Zelden staat aangewezen met wie er gegeten werd en met welk doel. Wat mij verder frappeert is dat er nota bene fooien verstrekt zijn uit de gemeentekas. Als je als bestuurder ergens gegeten hebt, dan laat je toch uit eigen portemonnee wat muntgeld achter denk ik dan, jij hebt toch gegeten.
En wat verder bij de bonnen voor vreten en zuipen detoneert zijn de bescheiden gedragingen van de overige collegeleden, die klaarblijkelijk hoogst zelden op kosten van de gemeente ergens aan hebben geschoven. Dat er nog bestuurders in Vlissingen zijn die fatsoen en besef van waarden hebben mag en moet niet worden vergeten.
Dat Damen ook nog eens 450 euro uitgaf op last van Vlissingen bij de bieding voor de eerste Oosterscheldekreeft laat bij mij iets na van een brallerige VVD’er die zonodig zichzelf ook eens moet manifesteren.
Maar er is meer dat stinkt en dat de Vlissingse raad een paar keer zo heeft laten passeren. De haringparty van de Lions club bijvoorbeeld. Waarom is daar Vlissings geld via declaraties van collegeleden naar toe gegaan. Drie mille in 2011 en 2 mille (ja, we moeten bezuinigen) in 2012. Dit soort donaties zijn toch verkapte subsidies? Dat verreken je toch niet via individuele declaraties van collegegelden. Net zo min als het inhuren van de zonnetrein (om CdK Han Polman te verwelkomen) toch niet verrekend moet worden als een ambtsuitgave (toch 530 euro). Of de aankoop van een schilderij van Wim Hofman (480 euro), zulke uitgaven horen toch niet thuis in de bonnenbrij of zie ik dat mis…
En zo zijn er nog wel wat te noemen. Uitgaven aan electriciëns voor een VNG-bedoening. Deden die vaklieden wellicht en passant de lampjes en spotjes van Roep aansluiten. Who knows? Ik weet het niet.
Ik weet alleen dat de burgemeester zijn tijdelijke huisvesting grotendeels op kosten van de Vlissinger gemeenschap heeft ingericht en dat hij daar -formeel – recht op had. Ik weet alleen dat twee collegeleden aardig uit de Vlissinger ruif hebben gevreten en de anderen niet, ik weet alleen dat sommige collegeleden wel heel snel om een taxi hebben geroepen terwijl anderen netjes in eigen auto op pad gingen. Ik weet alleen dat er oneigenlijke uitgaven gedaan zijn -donaties aan clubs, VIP-kaarten etc – die het gemeentelijke apparaat anders had moeten afhandelen, ik weet alleen dat er sommige collegeleden zelfs nog te beroerd waren om wat postzegels uit eigen zak te betalen en ik weet alleen dat Willem Wisse en Daan Bruinooge in vroeger tijden nooit bonnetjes hadden.
Hallo Conny,
Elke maand als ik mijn abonnement op de digitale PZC verleng, doe ik dat in de ijdele hoop hiermee te betalen voor het soort professionele analyses waarvan jij hier een voorbeeld geeft. Wat moet ik met opmerkingen over een gemeentesecretaris die weigert declaraties te ondertekenen en een commissievoorzitter die buiten wordt gezet, zonder dat in de krant zelfs maar een begin wordt gemaakt met beantwoording van de ‘waarom?’-vraag.
In het FD van vandaag stond de verzuchting van een wetenschapper, dat politici inmiddels geen belangstelling meer hebben voor de feiten. Het is essentieel dat er journalisten zijn die trachten ze op het juiste spoor te houden. Met alle nuanceringen die bij de feiten horen. Mijn complimenten voor je bijdrage hieraan.
Uit goed ingelichte bronnen in Vlissingen heb ik trouwens vernomen dat de door de burgemeester gekochte CD van Bløf onderdeel was van zijn inburgeringscursus. Vooral het laatste couplet van ‘Aan de kust’ kan niet-Vlissingers en zelfs betrokken burgermeesters in verwarring brengen. Hoe moet je de onderstaande tekst immers duiden?
Hier aan de kust, de Zeeuwse kust
Waar de liefde van de lust
Steeds maar weer zal gaan verliezen
Omdat ze nooit kan kiezen
Tussen goed en niet zo kwaad
Maar dat is zoals het gaat
Wellicht had Roep achteraf toch beter in de leer kunnen gaan bij de geestelijke vaders van kapitein Rooibos: lama ketta!
Met vriendelijke groet vanuit één van de appartementen uit je header, in de stad waar de zomer momenteel met een rotvaart wordt genoten.
John de Jonge
Onvoorstelbaar dat de Burgemeester en Vlissingse gemeenteraad deze openbare uitgaven in een gesloten vergadering wenst te bespeken. Volgens Tobi Meijers zouden de burgers anders een verkeerde indruk kunnen krijgen over nut en noodzaak van de uitgaven en de reden waarom de burgemeester vindt dat hij een CD’tje moest declareren. Heerlijk zo’n nestor. Humor heeft hij wel en dat krijgt Burgmeester Roep dan wel zonder bonnetje