Een winkelcentrum bij de Oostelijke Kanaalarm in Terneuzen, aan Kennedy-West, daar moet Terneuzen niet aan beginnen. En woningen daar, dat kan eigenlijk niet. Tenzij de gemeente de milieu-en geluidsbelastingscontouren kunstmatig gaat oprekken, zodat aan de wensen en grillen van projectontwikkelaar Lafoma tegemoet kan worden gekomen, maar zoals de lijnen nu lopen valt het hele gebied binnen de 51 decibelzonering, waardoor er wettelijk momenteel geen geluidsgevoelige objecten zoals woningen kunnen worden gerealiseerd. Komt nog bij dat het terrein door decennialang industrieel gebruik vervuild is geraakt. Bodemsanering is voor bouwactiviteiten dan ook noodzakelijk en de kosten zullen wellicht in de miljoenen lopen. Nee, Terneuzen moet dit gebied, de Noorderdokken, maar eens gaan gebruiken als proeftuin voor de stad van morgen. Dit schrijft Alke van den Berg in zijn afstudeerscriptie als planoloog aan de TU van Eindhoven. De studie kreeg als titel :TERNEUZEN en de NIEUWE WERKELIJKHEID, Transformatie van de Oostelijke Kanaalarm na de economische crisis, maar of die ooit op het stadhuis van de Scheldestad terechtgekomen is valt te betwijfelen.
De jonge stedebouwkundige vindt het buitengewoon jammer dat Terneuzen niet kiest voor de optie om het gebied open te stellen voor tijdelijke functies en activiteiten die vanuit de lokale gemeenschap worden geïnitieerd. Welke deze functies precies kunnen zijn is in de visie van Van den Berg (nog) niet bekend, maar dat is vooralsnog ook niet zo relevant. Waar het volgens de jonge wetenschapper om gaat is dat Terneuzen dicht bij het centrum een prima locatie heeft die zich leent voor experimenten met een informelere stad, die ontstaat vanuit lokaal initiatief. Essentieel is hierbij het activeren van de gemeenschap.De gemeente moet haar beleid hier dan ook op instellen door deze intiatieven aan te boren, te ondersteunen en een faciliterende rol te spelen.
Stadskweektuin
Volgens Van den Berg ontstaat dan aan de Noorderdokken een platform voor experimenten om bijvoorbeeld de vergrijzing te beteugelen.Door middel van een prijsvraag zouden nieuwe initiatieven voor activiteiten aan de Noorderdokken geinitieerd kunnen worden. Mogelijk kan een deel van het terrein (het niet vervuilde stuk) worden ingericht als stadskweektuin, een fenomeen dat in tal van Nederlandse steden in opmars is. In grote lijnen heeft Van den Berg een totale herinrichting van het gebied Noorderdokken-Axelse Dam-Oostkolk voor ogen, waarbij het oostelijke deel de rol van kennishub krijgt met bieb, bank, publieke gebouwen (met de deuren aan de verkeerde kant nu), de Axelse Dam wordt de transport-hub (busstation, parkeergarage, fietsenstalling, kiosk, openbaar toilet etc) en de Noorderdokken de (tijdelijke) activiteitenhub.
“De tijdelijkheidshub zal worden gerealiseerd in Noorderdokken voor een periode van ten minste vijf jaar. De hub zal bestaan uit een een pand voor de tijdelijke bibliotheek (A) dat daarna simpelweg her te gebruiken is door een groot aantal gebruikers uit de civic society, vanaf hier Tijdelijk Multifunctioneel Complex (TMC) genoemd. Rondom het TMC ligt een stadskweektuin (B), waar planten en voedsel worden verbouwd. In de tuin is er ruimte voor verplaatsbare paviljoens (C) die worden gerealiseerd door kleine ondernemers (bijvoorbeeld horeca). In de kanaalarm kan een zwemboot (D) worden gelegd als publiekstrekker voor het gebied. En tot slot zal er een parkeerplaats (E) worden aangelegd in het zuidelijk deel van de hub. De hub zal dienen als een stadslaboratorium en de Noorderdokken weer bij de stad betrekken”, schrijft Van den Berg lustig verder.
112 pagina’s lang. Een mooi studieproject van een jonge enthousiasteling. Een project ook met potentie.
Op het stadhuis van Terneuzen zetelt de wethouder van stagnatie die oog noch oor heeft voor dit soort studies. Nee, die gelooft nog steeds heilig in Nico Boussen van ontwikkelingsbedrijf Lafoma (dat is dezelfde van de Euregiotuinen te Oostburg) die aan de Noorderdokken een woon-winkelcomplex wil realiseren en die de wethouder voorhoudt dat daar heel heel heel veel belangstelling voor bestaat, maar dat hij marktpartijen niet kan noemen, omdat die weer allemaal op de planologische procedures van de gemeente zitten te wachten.
En ja, de wethouder belooft actie.
“Op het stadhuis wordt de laatste hand gelegd aan het (let op de woorden) op gang trekken van die procedures. Binnen twee maanden – denk ik – dat we kunnen starten”.
Voorwaar weer een rek en trek-oefening…
In zo’n politiek klimaat hoeft een jonge planoloog niet af te komen met mooie studies, plannen of wat dan ook. Jammer…
Wie de studie wil lezen, zie link, het downloaden vergt enige tijd.