Mijn moeder moest er vroeger niets van hebben. Van leurders aan de deur. Tiepjes die met een snelle babbel onnodige waar kwamen aanprijzen, die niet terugdeinsden van een voetje tussen de deur en en passant dachten aan andere maniertjes om iets te verdienen. Nee, bij ons bleven ze nooit lang hangen. Gelukkig zie je ze niet meer zo vaak. Colporteren is niet meer van deze tijd. of liever gezegd, de vorm is veranderd, kijk op het internet en huiver…Maar goed, ik wil het hebben over leuren en leurders. Een Zeeuwse organisatie – havenschap Zeeland Seaports – is de laatste maanden echt aan het leuren geslagen met schier onverkoopbare waar, met de Westerschelde Containerterminal.
“Havenbeheerder Zeeland Seaports heeft”, zo meldt Nieuwsblad Transport, “een reeks terminaloperators en investeerders benaderd met het voorstel om zich kandidaat te stellen voor de ontwikkeling en exploitatie van de Westerschelde Container Terminal (WCT) bij Vlissingen. In een consultatiedocument stelt de havenbeheerder dat de bouw al over twee jaar zou kunnen beginnen en dat de terminal in 2016 zou kunnen draaien.” ZSP houdt, zo blijkt, de moed er in en denkt nog steeds met de WCT uit de voeten te kunnen. Het is alleen een beetje pathetisch om de Zeeuwse havenboer nu als een ouderwetse leurder van deur tot deur te moeten zien gaan.
Feitelijk is het een straf voor jarenlange laksheid, want laat ons wel wezen. Sinds de nadagen van wijlen Daan Bruinooge had ZSP in de vorm van PSA-Hessennoordnatie een exploitant voor de terminal achter de hand. Een speler van wereldformaat, die zelfs toen ZSP en de Provincie na interventie van de Raad van State de WCT-plannen opnieuw in procedure moesten brengen, het geduld had om enkele jaren aan de zijlijn te wachten. In 2006 en 2007 werd nog wel eens met PSA gesproken over planaanpassingen (de kortere kade) en de natuurperikelen, maar daarna – toen ZSP onder ceremonieel voorzitterschap stond van Toine Poppelaars – werden de banden tussen ZSP en de Antwerpse Singaporezen zo goed als verbroken.
Het mag dan ook geen verrassing wezen dat PSA/HNN dit jaar ZSP te kennen gaf niet uit te zijn op een bestendiging van het contract van Bruinooge, dat overigens inmiddels verlopen was. Een nieuwe uitdaging zag PSA/HNN niet in Vlissingen liggen, maar inmiddels wel in het naburige Zeebrugge.
De immer optimisme Hans van der Hart, directeur van ZSP, gelooft nog steeds in de WCT. De beheerder van de havens van Vlissingen en Terneuzen is dan ook op zoek naar ” een financieel sterke partner met bewezen ervaring in het ontwikkelen en exploiteren van containerterminals, ‘bij voorkeur met een capaciteit van meer dan twee miljoen teu per jaar’. Zeeland Seaports van zijn kant zegt zich tot het uiterste in te zullen spannen om de lopende ruimtelijke ordeningsprocedures succesvol af te ronden. De havenbeheerder is ook bereid om ‘waardevolle steun’ te verlenen in het acquisitieproces en het binnenhalen van ‘launching customers.’ ” Dat Van der Hart en de zijnen begonnen zijn aan een vergeefse zoektocht zal binnen afzienbare tijd wel blijken. Op 1 december mag Van der Hart zijn bestuur op de hoogte stellen van de bevindingen tijdens de colportagetocht.
In Rotterdam – tien jaar terug nog medestander in de plannen voor een containerhaven – hoeven de Zeeuwen niets meer te verwachten. Integendeel. Rotterdam krijgt zijn Tweede Maasvlakte en zal alles in het werk stellen om containerisatie daar te platen plaatsvinden.
President Jan Westerhoud van Rotterdams grootste containerstuwadoor ECT is fel tegenstander van het project. Zo geeft hij duidelijk aan in Nieuwsblad Transport: “‘Het zou te gek voor woorden zijn als Nederland de bouw van een dergelijke overbodige terminal zou toestaan’, zegt hij. Volgens hem heeft de markt geen enkele behoefte aan een terminal, die mikt op de nieuwste generatie superschepen. Die wordt al afdoende bediend door onder meer Antwerpen, Zeebrugge en Rotterdam” , vindt hij.
Het moge duidelijk zijn: Zeeland heeft zijn kansen verkwanseld.