Vandaag wordt in Terneuzen Herman Veraart begraven. Met hem verliest Zeeuws-Vlaanderen weer een markante persoonlijkheid. Herman overleed deze week op 82-jarige leeftijd. Het bericht van zijn overlijden kwam tot me in de auto onderweg naar Den Haag. Mijn oude kameraad zei: “Weet je wie er overleden is?”ik moest het antwoord schuldig blijven. “Herman”, zei hij, “Herman Veraart.” Ik vloekte even, van verbazing, uit onmacht.
Normaal zou je bij het overlijden van iemand die maatschappelijk meer dan zijn sporen verdiend heeft verwachten dat er een redactioneel overlijdensberichtje in de krantzou staan, maar nee, ook in dit geval niet. Een paar advertenties van familie en school en daar bleef het bij. Herman Veraart. Die moest ik maar eens bellen, zei meester Pieter Bertram, de latere Sasse wethouder, toen ik eind jaren ’70 naarstig op zoek was naar emplooi als onderwijsgevende. “Hij heeft misschien nog wat uren op de avondschool of moedermavo te vergeven, dat gebeurt regelmatig, dus ik zou hem maar eens benaderen.”
Ik belde en kon komen. Boven in een aparte kamer in het Petrus Hondius. Twee mensen Bertus Verdonk en Herman Veraart achter bureaus verscholen achter stapels papier en Ria, de secretaresse, er vlakbij, maar in een oase van netheid tikkend op de machine.
Meneer Verdonk, de rector van wat toen de Dag-en Avondschool voor Volwassenen heette, zei gedag en ging en liet me achter bij Herman. Het was van wie ben je, wat heb je gedaan en wat wil je doen. Maar tussendoor liepen er allerhande mensen binnen, begon Herman met het ene verhaal na het andere. Terwijl hij verhaalde betrok hij Ria, mij en anderen in zijn betoog, dat door en verder ging. een spraakwaterval, serieus, dan weer schertsend en uiteindelijk eindigend met o ja, waar waren we ook alweer…
Toen ik huiswaarts keerde was ik als leraar verbonden aan de Dag-en Avondschool Zeeuws-Vlaanderen. Aardrijkskunde mocht ik gaan geven, aan de moedermavo in Hulst en Oostburg overdag, ’s avonds in Terneuzen.
Het waren de hoogtijdagen van het tweedekansonderwijs. De klassen zaten gevuld met vooral intelligente dames van dertig en ouder, die op jongere leeftijd niet in staat waren geweest om vervolgonderricht te volgen. Dat werd nu, nu de kinderen op school zaten, weer goedgemaakt en met een geestdrift om stil van te worden. Zonder Bertus Verdonk en Herman Veraart had de volwasseneneducatie in Zeeuws-Vlaanderen nooit zo’n vlucht kunnen nemen. De twee waren begonnen met de avondhandelsschool, later kwamen er regulier avo-leergangen bij en werd de intrek genomen in het Petrus Hondius, een school die daardoor van ’s morgensvroeg tot ’s avonds laat open was. Verdonk was de rector, de man van de Haagse en Middelburgs contacten en Herman de gangmaker ter plaatse.
Later, toen de groeiende Dag-en Avondschool een eigen gebouw betrok in de verbouwde Branding-mavo, volgde Herman Verdonk op en bouwde de school verder uit met basiseducatie en andere leergangen. Uiteindelijk zou de school in de jaren ’90 opgaan in het ROC Westerschelde, iets waar Herman toen eigenlijk niet van gediend was, maar dat niet kon worden voorkomen.
Ook voor andere onderwijsvormen heeft Veraart zijn verdiensten gehad. Hij gaf les aan het Petrus Hondius, maar ook aan de MTS, waar hij zelf nog een succesvolle methode voor ontwikkelde. Zelf voor de klas staan vond-ie prachtig, want voor een groep mensen kon hij opzwellen en vervolgens met vuur verhalen vertellen. Of het nu over literatuur ging of eigen belevenissen, hij wist er altijd wel een draai aan te geven. Als rector kon-ie ook wel ’s opzwellen, maar dan was dan door rare boodschappen uit Den Haag of stomme telefoontjes over schoolse zaken, in plaats van een verhaal af te steken, bulderde of foeterde hij dan. Met flink wat decibellen, maar gelukkig nooit lang.
Herman Veraart is voorgoed uitgebulderd, heeft zijn mooie verhalen verteld.
Zeeuws-Vlaanderen is weer een bijzonder mens armer.
Een mooie tekst…..Herman Veraart waardig !!!